De Straô in Renesse was als vanouds. Enthousiaste ruiters, veelal op grote (trek)paarden, spetterend door het water, terwijl het toegestroomde publiek veelvuldig foto’s maakt. Toch was er één ding nieuw tijdens deze eeuwenoude traditie. Een klein detail in de duinen, wat de meeste mensen waarschijnlijk niet eens is opgevallen, maar waar ze zich vooraf in Renesse toch wat zorgen over maakten.
“Wij waren sceptisch”, geeft Jacomien Valk van de Straô in Renesse toe. Daar heeft ze haar redenen voor. “Er zijn ieder jaar zoveel toeschouwers hier op het strand, dat we eigenlijk niet willen dat het nog bekender en drukker wordt. We gaan bijna ten onder in ons eigen succes.” Want meer toeschouwers betekent meer veiligheidseisen én meer vrijwilligers om alles in goede banen te leiden. “Dan krijgen we het niet meer georganiseerd”, uit Valk haar zorgen.Trots op Unesco Erfgoed
Het onderwerp van die zorgen? Een klein rood bordje met daarop een QR-code aan het begin van de duinen. Niet alleen in Renesse, maar op alle plekken waar de Straô’s georganiseerd worden. Wie de code met z’n telefoon scant, komt op een website terecht met meer informatie over de Straô’s. Sinds 2018 is deze eeuwenoude traditie van het wassen van de paardenbenen namelijk Unesco Erfgoed, iets waar ze op Schouwen-Duiveland heel trots op zijn. Dat wordt met deze bordjes verder uitgedragen, zegt Margo Grevel van de Straô in Burgh-Haamstede.Het informatiebordje over de Straô’s
© Omroep ZeelandOm zo het erfgoed te koesteren en te bewaren, maar ook om te laten zien dat het bestaat en dat het uniek is”, vertelt Grevel. “Verder heb je nergens Straô.” Zij, en de andere Straô-comites waren wel enthousiast over de bordjes, maar ze begrijpt de zorgen van Renesse. “Het is ook een dorpsaangelegenheid, vooral in de winter koesteren we de rust”, zegt ze, verwijzend naar het drukke toeristenseizoen.
Tegelijkertijd vindt ze dat je trots moet zijn op je erfgoed. De bordjes dragen dat uit. Daar is Valk het – nu de bordjes hangen – mee eens. “Toeristen vinden het leuk om erover te lezen. Als mensen niet weten wat het is, dan is het ook leuk om er op deze manier meer over te weten te komen.
Het is ook de vraag in hoeverre de bordjes nog bijdragen aan meer toeschouwers. Ook zonder de bordjes is het evenement de afgelopen jaren flink gegroeid in Renesse. Waren er in 2022 nog tien vrijwilligers op het strand aanwezig om publiek aan de kant te houden, nu zijn dat er 22. Zowel Grevel als Valk snappen de aantrekkingskracht. “Het is heel mooi om te zien”, zegt Grevel. “Je moet er gewoon een goede balans in vinden.”
Valk: “Het is een mooi feest van hier, en dat moet je eigenlijk zo proberen te houden. Alle toeschouwers zijn van harte welkom, het geeft ook wel weer heel veel jeu.” Ze lacht: “Maar niet té veel.”
© Omroep Zeeland
“Wij waren sceptisch”, geeft Jacomien Valk van de Straô in Renesse toe. Daar heeft ze haar redenen voor. “Er zijn ieder jaar zoveel toeschouwers hier op het strand, dat we eigenlijk niet willen dat het nog bekender en drukker wordt. We gaan bijna ten onder in ons eigen succes.” Want meer toeschouwers betekent meer veiligheidseisen én meer vrijwilligers om alles in goede banen te leiden. “Dan krijgen we het niet meer georganiseerd”, uit Valk haar zorgen.Trots op Unesco Erfgoed
Het onderwerp van die zorgen? Een klein rood bordje met daarop een QR-code aan het begin van de duinen. Niet alleen in Renesse, maar op alle plekken waar de Straô’s georganiseerd worden. Wie de code met z’n telefoon scant, komt op een website terecht met meer informatie over de Straô’s. Sinds 2018 is deze eeuwenoude traditie van het wassen van de paardenbenen namelijk Unesco Erfgoed, iets waar ze op Schouwen-Duiveland heel trots op zijn. Dat wordt met deze bordjes verder uitgedragen, zegt Margo Grevel van de Straô in Burgh-Haamstede.Het informatiebordje over de Straô’s
© Omroep ZeelandOm zo het erfgoed te koesteren en te bewaren, maar ook om te laten zien dat het bestaat en dat het uniek is”, vertelt Grevel. “Verder heb je nergens Straô.” Zij, en de andere Straô-comites waren wel enthousiast over de bordjes, maar ze begrijpt de zorgen van Renesse. “Het is ook een dorpsaangelegenheid, vooral in de winter koesteren we de rust”, zegt ze, verwijzend naar het drukke toeristenseizoen.
Tegelijkertijd vindt ze dat je trots moet zijn op je erfgoed. De bordjes dragen dat uit. Daar is Valk het – nu de bordjes hangen – mee eens. “Toeristen vinden het leuk om erover te lezen. Als mensen niet weten wat het is, dan is het ook leuk om er op deze manier meer over te weten te komen.
Het is ook de vraag in hoeverre de bordjes nog bijdragen aan meer toeschouwers. Ook zonder de bordjes is het evenement de afgelopen jaren flink gegroeid in Renesse. Waren er in 2022 nog tien vrijwilligers op het strand aanwezig om publiek aan de kant te houden, nu zijn dat er 22. Zowel Grevel als Valk snappen de aantrekkingskracht. “Het is heel mooi om te zien”, zegt Grevel. “Je moet er gewoon een goede balans in vinden.”
Valk: “Het is een mooi feest van hier, en dat moet je eigenlijk zo proberen te houden. Alle toeschouwers zijn van harte welkom, het geeft ook wel weer heel veel jeu.” Ze lacht: “Maar niet té veel.”
© Omroep Zeeland